Junitips

Rupsen van de stippelmot

Rupsen van de stippelmotOp kardinaalsmuts (Euonymus europaeus) vind je dezer dagen leuke beestjes : de rupsen van de stippelmot die samengesponnen in een cocon zich rijkelijk tegoed doen aan de bladeren van de gastheer. Als ze willen verhuizen spinnen ze een draad en laten zich zakken tot een nieuwe tak met fris groene blaadjes. Deze inheemse bladverliezende struik gaat er weliswaar niet van kapot, maar wordtg wel danig in de groei geremd en toegegeven, het is géén zicht. Om deze beestjes te lijf te gaan bestaat er een biologisch plantaardig insecticide dat deze rupsen een kopje kleiner maakt : Conserve, op basis van spinosad. Je kan deze mee-eters ook aantreffen in de duinen, waar kardinaalsmuts vaak voorkomt.

De tweede helft van mei was een stuk beter dan de eerste, elk organisme had deugd van een beetje zon en warmte, wijzelf incluis. Ook het spint, heel kleine, voor het oog onzichtbare spinnetjes die suiker uit de planten zuigen genot mee van de warmte en zag zijn generatietijd inkorten tot één week. Dat is de tijd dat het spinnetje vanuit het ei via de larve naar het volwassen stadium evolueert.

Zo’ spinnetje legt pakweg 100 eitjes dus op 14 dagen tijd zit je met een ganse bende snoepers op je planten. De suikers die gevormd werden in de fotosynthese kunnen geen cellulose en ander plantenweefsel meer vormen en de blaadjes worden bruin… . Dit is het geval bij ondermeer Viburnum tinus, Choisya ternata en talrijke andere tuinplanten. Eerlijk gezegd ken ik weinig planten waar spint geen lekker suikergoed vindt. Om te vermijden dat ons groen paradijs verandert in de rosse buurt kan je spindodende middelen inzetten zoals Masai en Sanmite. Alterneren of afwisselen met deze acariciden voorkomt resistentievorming. Of je kan het zaakje ook bedekken met paraffine olie : op die manier verstik je zowel de eitjes, larven en volwassen spint maar ook dopluizen en ander ongedierte – op volkomen natuurlijke wijze : ons moeder dekte er ook haar confituur mee af !

Peter

Geef een reactie