Het was een prachtige reis naar het uiterste westen van Engeland gedurende de langste dagen van het jaar. En voorwaar zeer interessant : de planten die er als bouwstenen van hun tuinen dienen zijn er – dank zij de golfstroom – veel beter ontwikkeld dan bij ons. Zoals de Gunnera manicata of mammoetblad, waaronder je in het mooie Trebah Garden een mooie wandeling kunt maken. Trebah is een waar juweeltje gelegen in een naar zee aflopende vallei waar op het strand op 1 juni 1944 7500 amerikaanse troepen van de 29° divisie ontscheepten naar Omaha Beach.
We zagen er eveneens een vaantjesboom in bloem : de Davidia involucrata die met zijn schutbladen die op witte neerhangende zakdoekjes lijken staat te zwaaien. Deze boom wordt dan ook zakboekenboom genoemd en dankt zijn latijnse naam aan de franse pater Armand David die hem uit China naar onze contreien bracht in 1890. Hij heeft een opvallend mooi getand blad met diepliggende nerven.
We maakten er ook kennis met de Libertia grandiflora, de nieuwzeelandse iris. Deze groenblijvende polvormende bloeiplant met grasachtig loof en witte drietallige bloemen weerstaat goed zeewind.
Flink uit de kluiten gewassen eetbare moso-bamboes (Phyllostachys edulis) met hun olijfgroene armdikke stengels die tot 30 cm per dag groeien vormen er een leuk speelbos voor jong en oud.
In Knightshayes Court te Tiverton werd een raadsel opgelost : de boom die ik er twee jaar geleden fotografeerde met zijn merkwaardig drielobbig blad stond er in bloei en gaf aldus zijn identiteit prijs : de Pterostyrax levellei, een zeldzame vleugelstorax soort. Ook ontdekten we er de Amicia zygomeris, een prachtige vaste plant uit de peulvruchtenfamilie. Ik sluit graag af met een symphonie van vaste planten met op de achtergrond turkse kool (Crambe cordifolia) en ruit (Thalictrum rochebrunianum) die aan Monet doen denken… .